7. Slotbeschouwingen

7.3 Vergroting van de hersenomvang

De hominiden begonnen ongeveer vier miljoen jaar geleden rechtop te lopen, misschien ook eerder. Pas ongeveer twee miljoen jaar geleden vinden we het volgende harde bewijs voor een verdere vooruitgang: gereedschappen alom en een brein dat steeds groter wordt.

Gereedschap Oldowantype
De hersenomvang blijft van 4 tot ongeveer 2,4 miljoen jaren geleden constant op 500 cc, daarna heeft een regelmatige groei plaats van 500 naar de recente 1500 van de Neanderthalers. Je kunt je afvragen wat ervoor heeft gezorgd dat er tussen 2,4 en 2 miljoen jaar geleden selectie plaats vond in het voordeel van grotere hersenen. Kwam het misschien door de omgang met gereedschappen? Die werden rond die tijd voor het eerst gebruikt. Tenminste die gereedschappen, waarvoor we harde bewijzen hebben: de gereedschappen van het Oldowantype, gevonden bij de Homo habilis, die van ongeveer 2 miljoen jaar geleden tot 1,7 miljoen jaar geleden bestond, en opgevolgd werd door de Homo erectus, die al grotere hersenen had dan zijn voorganger. De tijdgenoten van de Homo habilis, de Australopithecus africanus, robustus en boisei (de Zinjantropus van Leakey) hebben niet zozeer hun herseneninhoud vergroot, als wel het kauwvlak van de kiezen. Dat duidt erop dat ze leefden van grof, vezelig voedsel. Zij stierven echter uit ongeveer 1,4 miljoen jaar geleden en daardoor bleef enkel de Homo erectus met zijn 800 cm3 herseninhoud over. Heeft brein over branie gezegevierd? Of is door een klimaatsverandering de belangrijkste voedselplant van de anderen verdwenen, terwijl zij niet flexibel genoeg waren om op ander voedsel over te stappen? Wie zal het zeggen. Evenmin weet men waar de nieuwe soort vandaan komt.

Gereedschap Acheuléentype
Met de Homo erectus komt een nieuw type van gereedschappen op, het Acheuléentype. De Acheuléen-vuistbijl is een reusachtige pijlpunt, een druppelvormig stenen werktuig, aan de achterzijde afgerond als een discus. De naam ‘bijl’ is misleidend. Waarschijnlijk werd deze ‘vuistbijl’ niet gebruikt als een bijl, maar om mee te werpen. Men heeft er heel wat aangetroffen, liggend op hun kant, op plaatsen waar vroeger ondiep water was. Wellicht werden ze gebruikt om prooidieren te overvallen die bij het water kwamen drinken. De stenen die in het water terechtkwamen werden niet meer teruggevonden door diegenen die ze wierpen, vandaar…
(wordt vervolgd)




You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 feed. You can leave a response, or trackback from your own site.

Leave a Reply

You must be logged in to post a comment.