Het Christendom: wezen en geschiedenis

Jaren geleden kwam ik dank zij een recensie van Herman Mertens, gewezen professor aan de Universiteit van Leuven, op het spoor van het boek van Hans Küng: “Das Christentum. Wesen und Geschichte” (Piper & Co. München, 1994). Een verbazend rijk en erudiet boek, met een typisch Duitse “Gründlichkeit” ofte degelijkheid opgesteld en uitgeschreven. Voor één van mijn cursussen heb ik er een samenvatting van gemaakt, een bijna onmogelijke taak. Het resultaat daarvan kan je in de komende weken hier vinden, met wellicht hier en daar een opmerking van mezelf, tussen haakjes en schuin gedrukt. Omdat het boek wellicht nog niet in het Nederlands is vertaald, kan ik alleen naar de Duitse uitgave verwijzen.

Het boek heeft naast vele andere als basis gediend voor mijn huidige ideeën over het christendom, zoals ik die zal proberen uiteen te zetten in de rubriek “Verbondenheid”. Het is natuurlijk evident dat niet Hans Küng maar ikzelf voor die ideeën verantwoordelijk ben, evenzeer trouwens als voor de samenvatting, die je hier te lezen zult krijgen.

Een woordje vooraf over Hans KüngHans Küng (°1928)

Geboren in Zwitserland in 1928, priester gewijd in de katholieke kerk in 1954. Promoveerde in de theologie aan het Institut Catholique te Parijs met een thesis over de protestantse (Zwitserse) theoloog Karl Barth en diens rechtvaardigheidsleer. In 1960 werd hij hoogleraar aan de universiteit van Tübingen ( Zuid-Duitsland, ten Z. van Stuttgart, ter hoogte van Strasbourg), waar de universiteit een rooms-katholieke (naast een protestantse) faculteit heeft: eerst in fundamentele en een paar jaar later in *oecumenische theologie

* oecumene: komt van het Grieks en betekent: de bewoonde aarde; de oecumenische beweging: een sinds het begin van de twintigste eeuw ontstane beweging die streeft naar toenadering tussen de christelijke kerken, naar eenheid onder de christenen. In 1948 volgde de oprichting van een permanent instituut, de Wereldraad van Kerken, die vertegenwoordigers groepeert van bijna alle niet r.k. kerken; de r.k. kerk is er nog geen lid van maar stuurt geregeld waarnemers naar de bijeenkomsten.

De r.k. theologische Tübinger school (sinds 1817 ontstaan) bediende zich van de denkcategorieën van het Duits idealisme (Hegel) en toonde grote belangstelling voor de ontwikkeling van de godsdienst en dogma en voor de historisch-kritische methode in de theologie.
Op het Vaticaanse Concilie in 1962 was Küng peritus, dwz. raadgever van de bisschoppen in theologische kwesties. Maar hij kwam in botsing met het conservatisme van de Curie (het kabinet van de Paus). Hij keerde niet terug naar de tweede zitting van het concilie, en begon boeken te schrijven over kerkvernieuwing. Zijn boeken, waarin hij wees op de fouten van de kerk op dogmatisch-theologisch terrein, haalden hem in 1979 de afkeuring op de hals van het Vaticaan. Uiteindelijk werd hem spreekverbod opgelegd, vooral vanwege zijn thesen over de onfeilbaarheid van de paus. Sinds 1980 was hij – onafhankelijk van de faculteit – professor van Oecumenische theologie aan de Tübinger Universiteit en Directeur van het Instituut voor Oecumenisch Onderzoek. In 1997 werd hij emeritus. En sindsdien is hij president van de stichting Weltethos in Zwitserland.




You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 feed. You can leave a response, or trackback from your own site.

Leave a Reply

You must be logged in to post a comment.