Het Christendom: wezen en geschiedenis

C.III Het Rooms-katholieke paradigma van de Middeleeuwen

C.III.8 De kentekenen van het Romeinse systeem.

Het hoogtepunt in de lange, wisselende geschiedenis van het pausdom was echter niet Gregorius VII, maar Innocentius III (1198-1216). In hem vallen dat waar het pausdom aanspraak op maakte en de werkelijkheid ervan volledig samen. De staat Gods wordt in hem met de kerk geïdentificeerd, en de Kerk met de Paus. Met hem krijgen vijf kenmerken van het Rooms-katholieke paradigna hun volle en blijvende betekenis:

  • Romanisering betekent centralisering. Gregorius heeft hier een sleutelrol gespeeld: hij heeft ervoor gezorgd dat de kerk een pauselijke universele kerk werd, moeder en lerares van alle kerken. En Innocentius III noemde zichzelf bij uitstek



  • You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 feed. You can leave a response, or trackback from your own site.

    Leave a Reply

    You must be logged in to post a comment.