GESCHIEDENIS VAN DE ISLAM: Deel II (27)
Het kalifaat van Bagdad (8)
Tijdens het kalifaat van Bagdad zullen de Arabieren ook Sicilië en een stuk van Italië binnenvallen. In 831 werd Palermo ingenomen, in 902 was heel het eiland bezet. Ondertussen waren de moslims ook tussengekomen in Italië zelf (Bari). Zelfs Rome is in het midden van de negende eeuw bedreigd geweest. Voor het einde van de eeuw echter moesten ze Italië zelf weer prijsgeven aan de Byzantijnen.
De bezetting van Sicilië duurde niet zo lang als die van Spanje: na ongeveer anderhalve eeuw werd het eiland door de Normandiërs op de moslims veroverd. Sicilië bleef echter in veel opzichten (o.m. cultureel) langer deel uitmaken van de moslimse wereld: Frederik II van Hohenstaufen bv. (1215-1250) werd niet ten onrechte de ‘gedoopte sultan van Sicilië’ genoemd.
De Arabische verovering van Spanje (en Sicilië) is wel heel verschillend geweest – vooral in zijn effecten – van die van de rest van Europa door de zgn. ‘barbaarse volkeren’, de Germanen. Die Germanen behoren immers tot samenlevingen die nog steeds op tribale basis waren georganiseerd en die (bijna) nog niet in aanraking waren gekomen met de beschaving en verfijning die bij een stedelijke cultuur horen. De Arabieren en hun berberse bondgenoten stonden op het moment van de verovering weliswaar op het eerste gezicht niet op een hoger cultureel peil dan die andere invallers, maar ze waren dan toch de vertegenwoordigers van een rijk dat gedurende de volgend paar eeuwen cultuur en beschaving zou zien bloeien in een gebied dat zich uitstrekte van de Atlantische oceaan tot Afghanistan.
De reactie van Europa op de aanwezigheid van de moslims in de periferie van de Latijnse christenheid was aanvankelijk eerder gematigd. Karel de grote stond in diplomatiek contact met de kalief van Bagdad en de Oemayyadische emir van Spanje.
De directere confrontatie in Midden-Italië in de negende eeuw was wellicht mede oorzaak van groeiende vijandige gevoelens in Europa en heeft bijgedragen tot het tot stand komen van het beeld van de islam als de aartsvijand.
In de tiende eeuw komt er een nauwer contact tussen Spanje en delen van Frankrijk door de opkomst van de bedevaart naar Compostela, bedevaart die werd aangemoedigd door de monniken van Cluny.