Archive for februari, 2007

Multiculturalisme en identiteit (derde vervolg)

Een derde vervolg op de discussie tussen de verdedigers van de weldaden van de verlichting (waaronder vooral de vrijheid van meningsuiting) en de zogenaamde ‘multiculturalisten’, mensen die vooral de nadruk leggen op het respect voor de andere cultuur en de gevoeligheden in die andere cultuur. Zie ook de bijdragen (in de rubriek ‘ethiek’) van 1 en 5 februari, en de tekst van Ramadan op 13 februari. Je kan het ook in Engelse vertaling lezen!


By andre in Ethiek  .::. (Add your comment)

GESCHIEDENIS VAN DE ISLAM: Deel V (10)

Irak
In 1921 wordt onder Brits mandaat Faysal, zoon van Hoesein, (de sjarief van Mekka) koning van Irak. De grens tussen Irak en Turkije wordt met Mustafa Kemal in 1926 geregeld en daardoor krijgt Irak de provincie van Mosoel (Noord-Irak). De grens met Syrië wordt bepaald mede door tussenkomst van de Volkerenbond. De grens met Iran en Koeweit zal aanleiding worden van twee oorlogen.

In 1930 verlenen de Britten Irak de onafhankelijkheid, maar hun invloed blijft dominant, dank zij o.m. de premier Noeri Al-Saïd, die tijdens en na de oorlog met de Britten blijft samenwerken.
In 1958 nemen, onder invloed van het nasserisme, enkele nationalistisch-arabische en linkse officieren de macht over en roepen de republiek uit. Achter die coup zit o.m. de Bath’ partij, die echter pas tien jaar later de macht helemaal in handen neemt. President wordt Ahmad Hassan Al-Bakr, vice Saddam Hoesein. Deze laatste wordt president in 1979.

Saddam Hoesein behoort tot de clan (Takriti), die een minderheid vormt binnen de Soennietische Arabieren in Irak. De sji’iten vormen bijna 60% van de bevolking, 3% zijn christen. De helft van de Soennieten in Irak zijn bovendien nog Koerden. Met Saddam is Irak de periode ingegaan van een persoonlijke macht, van een gewelddadige politiestaat, van een geforceerde modernisering, een nationalistisch elan en van militaire agressiviteit. De rampzalige oorlog met Iran heeft het land en zijn economie opgezadeld met een enorme buitenlandse schuld, die mede aan de bron ligt van de inval in Koeweit. De eerste golfoorlog heeft de situatie alleen nog verergerd.

De rebellie van de sji’iten in het zuiden en de koerden in het noorden van Irak hadden ongewild de positie van Saddam Hoesein versterkt, omdat ze de arabisch-soennietische kern rond de macht hadden verstevigd. De andere Arabische landen zagen trouwens geen heil in een verzwakking van Irak ten voordele van de niet-arabische landen Iran of Turkije. En deze twee zagen evenmin heil in een versterking van de Koerdische autonomie in Irak, want dit kon hen alleen problemen binnen het eigen land bezorgen. Vandaar dat de situatie van Irak vrij verward bleef. Tot het wel duur moest betalen voor de vergissingen uit het verleden, in de tweede golfoorlog en de bezetting door de Amerikanen.



GESCHIEDENIS VAN DE ISLAM: Deel V (9)

De islam in enkele afzonderlijke Arabisch landen.

Saoedi-Arabië

In 1916 was de sjarief (= afstammeling van de profeet) van Mekka, Hoesayn, uit de familie der Hasjimieten in opstand gekomen tegen de Ottomaanse sultan; dit gebeurde met hulp van de Britten, met name van Thomas Edward Lawrence, een Brits oriëntalist en politiek agent, die uit bewondering voor de Arabische wereld de Arabieren tegen de Turken wilde opzetten en een Arabisch rijk stichten. Dank zij o.m. zijn bemoeienissen werden andere telgen uit het Hasjimitisch geslacht koningen van Irak en Transjordanië.
Maar in 1925 verjoeg Ibn Saoed, een vorst uit het Wahhabietengeslacht, Hoesayn uit Mekka. In 1932 werd de nieuwe staat gesticht, met een oppervlakte vier zo groot als Frankrijk en een onuitputtelijke rijkdom aan petroleum en natuurlijk gas.
Het rijk van de Saoedi’s is gebaseerd op de Islam en wordt bestuurd door een alliantie van de koninklijke familie en de oelama’s (de religieuze leiders). De monarch (Faysal van 1964 tot 1975 , daarna Fahd en na diens dood in 2005 zijn halfbroer Abdoellah) heeft de hoogste macht en bezit ook de titel van ‘imam’. Concreet regeert hij met advies van de koninklijke familie (uit verschillende clans), van de machtigste stamhoofden en van de oelama’s.
De golfoorlog heeft diepe sporen nagelaten in de Saoedische maatschappij. Tot nog toe is die maatschappijstructuur het resultaat van een strengorthodoxe interpretatie van de islam (het wahhabisme en de hanbalitische school). In Saoedi-Arabië wordt de dief nog steeds de hand afgekapt en een overspelige vrouw gestenigd… Maar tijdens de golfoorlog hebben de vrouwen voor het eerst van zich laten horen, door tegen de wetten in met de auto te rijden. En koning Fahd heeft in 1992 enkele hervormingen aangekondigd: het aannemen van een soort grondwet (natuurlijk geïnspireerd op de Koran en de Soenna), het instellen van een raad en een reorganisatie van de provincies. Maar de macht blijft in de handen van de koning alleen.

De ontdekking van de olie in 1937 heeft natuurlijk het gezicht van het land grondig veranderd. Saoedi-Arabië speelt de eerste rol in de organisatie van de OPEC, olie-exporterende landen en is de hechtste bondgenoot van de V.S. in de regio. Dit vooral sinds de crisis van 1973, die het land enorme inkomsten bezorgde uit de olie. Maar het heeft het land sterker dan ooit afhankelijk gemaakt van het Westen: de golfoorlog bv. was er voor een groot deel om Saoedi-Arabië te beschermen tegen mogelijke concurrenten.
In verband met de olie, nog het volgende: voor de V.S. en Rusland, de grootste olieverbruikers, is het Midden-Oosten met zijn olie van levensbelang. In beide landen raken de eigen voorraden uitgeput, zodat ze aangewezen zijn op het buitenland: voor de V.S. zou dat normaal de olie uit Mexico en Argentinië zijn, voor Rusland die uit Noorwegen, maar…: één liter uit de grond halen kost Noorwegen (in de Noordzee) ongeveer 10 eurocent, Saoedi-Arabië, nog geen tiende van een cent.
Die enorme rijkdom brengt echter paradoksaal genoeg geen economische ontwikkeling mee, integendeel, ze remt ze af. Zoals indertijd Spanje met de rijkdom uit de nieuwe wereld, zo steken de staten in het Midden-Oosten hun vele geld, dat ze bijna moeiteloos oprapen, in een buitensporige bewapening en dito luxe.
Het Midden-Oosten, meer speciaal Saoedi-Arabië, heeft dus de sleutel in handen van de welvaart of de crisis in de wereld. Vandaar de golfoorlog (die moest beletten dat Irak die sleutel in handen zou krijgen), vandaar de oorlog tegen Irak, vandaar de zware druk op Israël om vrede te sluiten met zijn buren en met de Palestijnen.



GESCHIEDENIS VAN DE ISLAM: Deel V (8)

De laatste jaren komt de Islam in de ogen van veel mensen over als een bijna exclusief fundamentalistische, op geweld gebaseerde godsdienst. Dat is natuurlijk een totaal vertekend beeld.
Eerst en vooral iets over het fundamentalisme in het algemeen. Het is absoluut geen zuiver islamitisch fenomeen, integendeel. De eerste



GESCHIEDENIS VAN DE ISLAM: Deel V (7)

Sinds de jaren 70 en vooral na het (voorlopige?) einde van de koude oorlog heeft de kwestie van de Islam en van het islamfundamentalisme in het Westen verhoogde aandacht gekregen. Een aantal gebeurtenissen in het Midden-Oosten en de reactie erop in de Westerse media hebben dit in de hand gewerkt.
Op de eerste plaats de Iraanse revolutie van 1979, gedragen door



Carl Sagan

Bespreking van de posthume uitgave, door zijn weduwe, van een reeks lezingen van de beroemde astronoom Carl Sagan, die het had over de relatie tussen wetenschap en religie.



GESCHIEDENIS VAN DE ISLAM : Deel V (6)

In de zestiger jaren ging de aandacht van diegenen die zich betrokken voelden bij wat het ontstaan van een Arabische natie leek echter niet meer uit naar de restanten van de koloniale heerschappij, maar naar twee andere conflicten:

    dat tussen de twee supermachten, de VS en de Sovjet-Unie
    en dat tussen staten die werden geregeerd door groepen die snelle verandering of revolutie naar globaal nasseristisch model voorstonden en staten die door dynastieën of groepen werden geregeerd die huiveriger stonden tegenover politieke en sociale veranderingen en vijandiger tegenover de uitbreiding van de invloed van het nasserisme. Irak, Syrië, Egypte tegenover de monarchieën Marokko, Libië, Jordanië en Saoedi-Arabië. Tunesië stond echter tussenin.

De grote crisis van 1967, waarbij Egypte en andere Arabische staten rechtstreeks en met desastreuze gevolgen in botsing kwamen met Israël heeft de grenzen aangetoond van de Egyptische en Arabische macht. Die oorlog was in verscheidene opzichten een keerpunt, hij veranderde de machtsverhoudingen in het Midden-Oosten. Het was nu duidelijk dat Israël sterker was dan welke combinatie van Arabische staten ook. Het belangrijkste gevolg ervan op lange termijn was de Israëlische bezetting van het Arabische Palestina: Jeruzalem, de Gazastrook en het westelijk deel van Jordanië.

In 1970 stierf Nasser plotseling. Zijn dood was het einde vn een tijdperk van hoop op een verenigde en vernieuwde Arabische wereld. Anwar Sadat volgt hem op. In diezelfde jaren komen enkele figuren aan de macht, die ons nu nog heel bekend zijn: Moe’ammar al-Qadhafi in Libië, Hafiz al-Asad in Syrië, Saddaam Hoesayn in Irak.
Het zijn overgangsjaren naar een aantal belangrijke gebeurtenissen, die de desintegratie van het Arabisch systeem zullen verhaasten: de oorlog om het gebied van de Westelijke Sahara, de oorlog in Libanon, de Camp David-akkoorden, het isolement van Egypte na het vredesverdrag met Israël, de oorlog Iran-Irak, en last but not least de twee golfoorlogen. De terugkeer van Egypte in de Arabische familie heeft nog geen begin gebracht van een nieuwe Arabische eenheid.



Tariq Ramadan

Sinds de gebeurtenissen van 9/11 en de oorlog tegen de terreur, worden we meer dan ooit geconfronteerd met het negatieve beeld van de Islam: ” Het is een godsdienst, die onlosmakelijk verbonden is met een achterlijke en gewelddadige politieke en culturele wereld”. Via de vele moslims, die in de vorige eeuw bij ons zijn komen wonen (nota bene door ons uitgenodigd, om het werk te doen, waar wij onze neus voor optrokken) is de islam bezig onze cultuur en waarden te ondermijnen.
Een dergelijk beeld, ons dikwijls opgedrongen door mensen, die zelf door onverdraagzaamheid en fanatisme een bedreiging zijn voor die cultuur en die waarden, riskeert onze democratie om zeep te helpen. Dat is de boodschap van Tariq Ramadan: Wat het Westen kan leren van de Islam.


By andre in Ethiek  .::. (Add your comment)

GESCHIEDENIS VAN DE ISLAM: Deel V (5)

Het hoogtepunt van het arabisme situeert zich in de jaren vijftig en zestig. Het volksnationalisme van die tijd putte uit drie bronnen:

    de idee van een gemeenschappelijk front van landen die zich in een proces van ontwikkeling bevonden: ‘derde-wereldlanden’ met een meerderheid in de algemene vergadering van de Verenigde Naties
    het concept van een Arabische eenheid
    een nieuw element: het socialisme, dwz het politieke idee dat onder meer behelsde: zeggingschap van de overheid over de hulpbronnen in het belang van de hele samenleving, staatseigendom van en leiding over de productie, eerlijke verdeling van de welvaart door belastingen en zorg voor maatschappelijke voorzieningen.

Nieuwe bewegingen en ideologieën, die de elementen nationalisme, religie en sociale rechtvaardigheid combineerden, zullen in die jaren de strijd opnemen tegen de traditionele politieke formaties: bv. tegen de Moslim-broeders (in Egypte, Syrië en Soedan). Daar zijn ook communistische en socialistische groeperingen onder. Twee ervan zijn belangrijk voor die tijd:

  • de Ba’th (Wederopstandings)-partij in Syrië, die de nieuwe ontwikkelde klasse aantrok met ideeën over de éne Arabische natie als antwoord op vragen over de nationale identiteit van de Syriërs en van hun relatie met andere Arabisch sprekende samenlevingen. In het midden van de jaren vijftig versmolt de Ba’th-partij met een meer uitgesproken socialistische partij. De Ba’th was aktief in de beweging die leidde tot de vorming van de Verenigde Arabische Republiek in 1958 en ook betrokken bij de opheffing ervan in 1961. Ook in Irak had de Ba’th na de revolutie van 1958 een toenemende invloed.
  • de beweging van het Nasserisme, als gevolg van de machtsovername in Egypte in 1952. Deze beweging stond over het algemeen een reformistische visie van de islam voor, en legde de nadruk minder op het beroep op de islam, als wel op het beroep op het Arabische nationalisme en de Arabische eenheid.
    Het programma van sociale hervormingen werd gedragen door het idee van een specifiek “Arabisch socialisme”, een systeem dat ergens halverwege stond tussen het marxisme, met zijn klassenstrijd, en het kapitalisme met zijn voorrang voor individuele belangen en zijn dominerende rol van de klassen die de productiemiddelen in handen hadden.


  • Kurdistan

    Een verhelderend overzicht van de problemen, waarmee de EU en de VS worden geconfronteerd, in verband met het Koerdische volk: de houding van Turkije tegenover de Koerden in het Oosten, de Koerden in Irak en in Iran enz.


    By andre in Actualiteit  .::. (Add your comment)

    Vrijheid van denken en spreken

    Van op de Campo di Fiori in Rome denkt Frank Furedi, een Brits schrijver, na over vrijheid van meningsuiting en de kruistocht, vandaag de dag, tegen de ontkenners van de holocaust, Aids, de klimaatsverandering (en de rol van de mens daarin) en allerlei genocides uit een dicht of ver verleden. Op de Campo de Fiori staat het standbeeld van Giordani Bruno, een beetje de patroon van al diegenen die met hun leven of anderzins moesten boeten voor hun weigering om hun afwijkende mening af te zweren. En hij is helaas niet de enige in een hele rij, uit het beladen verleden van onze cultuur.
    In onze tijd, waarin de claim op absolute waarheid bij voorbaat verdacht is, wordt de inquisitie van vroeger vervangen door allerlei wetten tegen de ontkenning, op de eerste plaats van de holocaust van de Joden, in tweede instantie van allerlei andere door de wetenschap verworven waarheden van onze tijd.
    Is het niet hoogste tijd om op te komen voor het (heilige) recht op vrijheid van meningsuiting voor iedereen, een verworvenheid van ons modern democratisch bestel? Wetenschap (of het nu over het klimaat gaat, of over feiten uit de geschiedenis) mag niet worden misbruikt om door censuur die vrijheid aan banden te leggen.


    By andre in Ethiek  .::. (Add your comment)

    GESCHIEDENIS VAN DE ISLAM: Deel V (4)

    In bredere lagen van de bevolking leefde in die naoorlogse jaren een onvrede, een algemene malaise. Die hield verband met de islam. De modernisten hadden geprobeerd de islam zo te herformuleren dat deze een bruikbaar antwoord bood op de eisen van het moderne leven. Onder die vorm had de islam de grootste aanhang onder de intellectuele elite die de nationalistische bewegingen had geleid en nu de nieuwe regeringen beheerste. De islam van de ‘priesterkaste’, zo stelde men, was een reactionaire godsdienst die de vrijheid van het menselijk denken aantastte, die de belangen van de machtigen en rijken ondersteunde en armoede rechtvaardigde. De ware godsdienst (de vernieuwde islam) was rationeel, humaan, democratisch en economische vooruitgang welgezind; een legitieme regering had geen religieuze basis, maar was gebaseerd op nationale eenheid en streefde naar welvaart en rechtvaardigheid.

    Anderen echter verklaarden dat sociale rechtvaardigheid alleen verwezenlijkt kon worden onder leiding van een regering die de islam tot basis van haar politiek en wetgeving koos. De Moslim-broeders huldigden een dergelijke opvatting en kwamen in Egypte, na een aanslag op Nasser in 1954, in aanvaring met de regering. Hun alternatief model voor een rechtvaardige samenleving werd sindsdien min of meer clandestien verkondigd.
    Volgens hen bestond er voor de moslims, anders dan voor de christenen geen kloof tussen geloof en leven. Alle menselijke daden konden gezien worden als daden van verering, en de koran en de hadieth bevatten de beginselen waarop het menselijk handelen gebaseerd diende te zijn. De mens is dan pas vrij wanneer hij niet meer onderworpen is aan een andere macht dan die van God, zoals de macht van de geestelijkheid, angst, de dwang van maatschappelijke waardeoordelen, menselijke wensen en begeerten. Zolang heersers de structuur van een rechtvaardige maatschappij in stand hielden, dienden zij gehoorzaamd te worden, maar als zij daarin in gebreke bleven, verviel de plicht tot gehoorzaamheid. De ware islamitische samenleving kon alleen hersteld worden door het kweken van een nieuwe mentaliteit door het juiste onderwijs.
    De leiders van dergelijke bewegingen waren vaak mannen met een betrekkelijk hoge opleiding en maatschappelijke status, maar hun volgelingen waren merendeels afkomstig uit een lagere klasse: voor die mensen boden dit soort bewegingen een mogelijke morele basis voor het leven in de moderne wereld.




    You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 feed. You can leave a response, or trackback from your own site.