GESCHIEDENIS VAN DE ISLAM: Deel V (20)
Turkije
In 1923 wordt de republiek Turkije geboren uit de ruines van het Ottomaanse rijk. Mustafa Kemal (Ataturk) en opvolgers voeren een aantal hervormingen door, met het doel een geseculariseerde staat te stichten: een grondwet; algemeen stemrecht (de vrouwen krijgen reeds in 1934 stemrecht); één politieke partij; afschaffing van de polygamie, van de religieuze genootschappen, van de medrese (islamscholen); verbod religieuze kledij te dragen, de fez te dragen; verplichting tot burgerlijk huwelijk; invoering van het Latijnse alfabet (1928); invoering van de familienaam (1935).
Turkije blijft neutraal tijdens de tweede wereldoorlog, en gaat daarna een periode in van grotere democratisering en liberalisering: er worden meerdere politieke partijen toegelaten. In de jaren zestig komen er spanningen, o.m. door een verslechtering van de economie. In 1960 komt een eerste staatsgreep van het leger. Moeilijke jaren volgen, waarin religieuze en ultra-nationalistische bewegingen het concept van de Turkse staat in vraag stellen. In 1980 grijpt het leger weer in: het parlement wordt ontbonden en het leger installeert de dictatuur. Een drie jaar later begint de terugkeer naar een vorm van democratie.
Sinds 2002 is Erdogan, van de islamitische Partij voor Recht en Ontwikkeling (AKP) aan de macht. Hoewel gevreesd werd voor een terugkeer van de islamitische invloed op de Turkse politiek, is onder Erdogan Turkije verder op weg gegaan naar een democratisering. Sinds 2005 zijn onderhandelingen aan de gang over de mogelijke toetreding van Turkije tot de EU.
Maar veel problemen blijven onopgelost: vooral de Armeense genocide, het geval Cyprus en de Koerden. De Armeense genocide en het geval Cyprus, dat gedeeltelijk door Turkije wordt bezet, blijven een struikelsteen voor de EU. De situatie van de Koerden in Oost-Turkije heeft te maken met de naleving van de mensenrechten in dat land, en met de moeilijke erkenning van de eigenheid van het Koerdische volk. De semi-onafhankelijkheid van de Koerden in Irak vormt daarbij een heel gevoelig punt.