Over religie gesproken
Een ander geluid over religie dan gisteren dat van Dalrymple, ditmaal uit Nederland. Daar heeft burgemeester Cohen een schot voor de boeg gegeven. Of liever, hij wil (naar het schijnt omwille van de houding van zijn partij, de PvdA, tegenover de moslimkwestie), gemakshalve terug naar af en verloochent dus meteen de erfenis van zijn illustere voorouder Spinoza, die op een radicale en m.i. juiste manier komaf maakte met de heersende opvattingen en de maatschappelijke dwang van de religie van zijn tijd.
Die religie, het christendom in al zijn gedaanten, beheerste het leven en denken van de mensen van die tijd (de zeventiende-achttiende eeuw) op dezelfde manier waarop de islam vandaag de dag het leven van de mensen in de moslimgebieden én bij ons beheerst of althans probeert te beheersen. Met de verlichting hebben wij in het Westen ons daar min of meer van losgemaakt, persoonlijk én maatschappelijk.
Misschien moeten we, ondanks de nieuwe -ismen, die sindsdien de plaats van de religie hebben ingenomen, en tegen die -simen in, blijven werken aan een maatschappelijke ethiek die onze democratisch samenleven op deze aardkloot kan zin en betekenis kan geven. Daarbij kunnen de religies als inspiratiebron een rol spelen, want in tegenstelling tot wat sommigen beweren, is het in de religie niet alles kommer en kwel, niet in het verleden en ook nu niet.
Toch nog even een hedendaags voorbeeldje hoe ‘religie’ in bepaalde gevallen toch wel heel sterk de verdomde toer opgaat en de afkeer en haat voor religie begrijpbaar maakt: de opvatting, gehuldigd door een kleine kerk in de VS, dat 9/11 een straf van God is voor het feit dat de VS homoseksualiteit hebben toegelaten!