Geschiedenis van Amerika III-10

De Engelsen
In 1607 kwamen de eerste Engelse schepen, drie in aantal, aan in Virginia, een gebied dat bewoond werd door Algonquin-sprekende stammen. Ze hadden 104 man aan boord, werknemers van de London Company, gesticht om goud te zoeken in het Amerikaanse eden. Ze stichtten er Jamestown als eerste nederzetting. Het gebied was echter zo ongezond, de kolonisten zo ontwend aan elke fysische arbeid, dat na negen maanden er nog maar 38 in leven waren. Dank zij John Smith, één van de avonturiers, hebben ze het uiteindelijk overleefd: hij stelde een soort dictatuur in en begon te onderhandelen met de Algonkijnen. Met vele ups en downs, dank zij afspraken en gevechten met de inheemsen hielden ze stand. Een kolonist trouwde met de dochter van het Indiaanse opperhoofd, Pocahontas. Deze kwam met haar man naar Engeland maar stierf daar vlug.
In 1619 kwamen de eerste zwarte slaven in de kolonie aan. Ze waren echter te weinig in aantal en daarom werden contracten gesloten met blanke werknemers, meestal criminelen. Het werk was zwaar en ongezond, zo dat 40% van de gecontracteerden hun term (van vijf tot zeven jaar) niet overleefden. Het was een maatschappij van outlaws, zonder regels, zonder kerken, zonder scholen.
In 1625 kwam de jonge kolonie in handen van de kroon, en begonnen de kolonisten aan het kweken van tabak. Dat is hun redding geweest.




You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 feed. You can leave a response, or trackback from your own site.

Leave a Reply

You must be logged in to post a comment.